Direct je persbericht verspreiden onder journalisten, social-media en zoekmachines.
Startpunt voor de verspreiding van nieuwswaardige content.
Datum: woensdag 8 juni 2016
Bron: Actueel Nieuws
De rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft vandaag vonnis gewezen in de onteigeningszaak over de Hedwigepolder. De rechtbank geeft eigenaar Géry De Cloedt op ongekend veel procedurele en inhoudelijke punten gelijk, maar spreekt toch de door de Staat der Nederlanden gevorderde onteigening uit. De Staat heeft deze gronden nodig voor de ontpoldering van de Hedwigepolder. De Cloedt, eigenaar van nagenoeg de gehele Hedwigepolder, verzet zich tegen onteigening van zijn gronden met diverse procedurele en inhoudelijke argumenten. De Cloedt heeft zich bereid verklaard de ontpoldering zelf uit te voeren, maar de Staat heeft daarover tot nu toe niet met hem willen overleggen.
De rechtbank oordeelt vandaag dat aan het optreden van de Staat veel gebreken kleven, maar spreekt toch de onteigening uit. De rechtbank vindt dat niet van de Staat kan worden verlangd te betalen voor de uitvoering door De Cloedt. Dit vindt De Cloedt onbegrijpelijk. Waarom zou hij de uitvoering uit eigen zak moeten betalen, terwijl de Staat daarvoor een ruime vergoeding van Vlaanderen heeft gekregen?
Hoewel het vonnis nog nader bestudeerd moet worden, ligt het volgens Jan Frans de Groot van Houthoff Buruma in Amsterdam, advocaat van De Cloedt, voor de hand dat De Cloedt zal overwegen om tegen dit vonnis beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad. Die procedure zal nog zeker een jaar in beslag nemen. De Cloedt verwacht daarom dat de Staat met hem in gesprek zal gaan, omdat zelfrealisatie door De Cloedt voor de Staat niet alleen een aanzienlijke besparing in tijd zou opleveren, maar ook in kosten.