Direct je persbericht verspreiden onder journalisten, social-media en zoekmachines.
Startpunt voor de verspreiding van nieuwswaardige content.
Datum: woensdag 18 juli 2012
Bron: Actueel Nieuws
Zebravinken gebruiken hun linker hersenhelft bij het leren van hun lied. Net zoals kinderen hun linker hersenhelft gebruiken bij het leren praten. Dit blijkt uit onderzoek van Sanne Moorman en collega’s aan de Universiteit Utrecht. Zij publiceren hun resultaten in het toonaangevende wetenschappelijke tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences of the United States of America (PNAS).
De manier waarop zangvogels hun liedjes leren lijkt veel op hoe kinderen leren praten. In de eerste plaats imiteren ze beide in de vroege jeugd de geluiden van hun ouders. Daarnaast ontstaat de zang of spraak pas na veel oefenen. Dit is erg uitzonderlijk in het dierenrijk. De meeste dieren imiteren hun ouders of soortgenoten niet, maar maken aangeboren geluiden.
Brabbelen
Het imiteren en oefenen van zowel de jonge zebravink als de baby gaat gepaard met een brabbelfase. Sanne Moorman: “Een jonge zebravink probeert het lied van de vader na te doen, maar dat gaat in het begin niet vlekkeloos.” Die fase heet bij zangvogels subsong en is vergelijkbaar met de brabbelfase van baby’s.
Overeenkomsten in het brein
Moorman en haar collega’s hebben nu nog een overeenkomst gevonden: “Laat jonge zebravinken het lied van hun vader horen, en het blijkt dat de linker hersenhelft van de vogels dominant is. Bij het horen van een onbekende zebravink blijft die dominantie van de linker hersenhelft achterwege.” Dit is analoog aan de dominantie van de linker hersenhelft bij baby’s van een paar maanden oud die de spraak van de moeder waarnemen. Eerder Utrechts onderzoek heeft al aangetoond dat er bij zebravinken vergelijkbare hersengebieden belangrijk zijn voor zang produceren en herkennen. Nu blijkt dat de parallel nog verder gaat dan dat, omdat ook bij zebravinken de linker hersenhelft dominant is.
Verder onderzoek
Het is nog niet duidelijk waarom taal vooral in de linker hersenhelft wordt verwerkt. “Maar naar aanleiding van de resultaten bij zebravinken denken we dat deze hersenhelft belangrijk is voor het geheugenproces van taal/zang.” Hoe dat precies zit, moet nog onderzocht worden. Door de parallel in het aanleren van spraak of zang, hopen de wetenschappers in de toekomst te onderzoeken hoe bijvoorbeeld spraakstoornissen ontstaan en behandeld kunnen worden.
Het artikel van Moorman en haar collega’s is gisteren online verschenen op de website van PNAS. Op de website van de faculteit Sociale Wetenschappen zijn twee geluidsfragmenten te beluisteren: een fragment van het lied van de vader zebravink, en een fragment waarin de imitatie van de jonge zebravink te horen is.