Rotterdamse aanpak malafide uitzendbureaus

In Rotterdam is het startschot gegeven voor de Rotterdamse aanpak van malafide uitzendbureaus. Bij deze aanpak werkt de gemeente samen met de uitzendsector nauw samen om boeven uit de markt te werken. 

De kern van de Rotterdamse Aanpak is: 

* Alle publieke en private partijen die een rol hebben in de preventie en de handhaving intensief laten samenwerken en optreden. 
* Snelle en effectieve informatie-uitwisseling tussen publieke en private partijen. 
* Focus richten op private personen achter de grote aantallen BV's. 

Malafide individuen 

Directeur Aart van der Gaag van de Algemene Bond Uitzendondernemingen: 'Malafide individuen hebben soms tientallen BV's op hun naam staan. Wanneer een van die BV's in beeld is bij de publieke of private handhaving, dan wordt de BV opgedoekt. Om effectief te handhaven moet de aanpak niet 
gericht blijven op alleen de ondernemingen, maar vooral ook op het individu dat zich verschuilt achter een malafide construct van rechtspersonen. Veel weerloze mensen worden slachtoffer van deze criminelen en ze brengen de echte uitzendsector bovendien miljoenen schade toe.' 

Bij de nieuwe aanpak trekt de gemeente Rotterdam intensief op met de SNCU (Stichting Naleving COA voor Uitzendkrachten), om samen honderd malafide spelers uit de markt te werken. 

Informatiebijeenkomsten 

De aanpak gaat echter verder. Er zijn afspraken met de Kamer van Koophandel om bij de registratie van nieuwe ondernemingen tot meer afstemming te komen met de publieke en private handhaving. Ook vinden het komende jaar verschillende informatiebijeenkomsten voor onder andere buitenlandse 
uitzendkrachten plaats, waarbij ook FNV Bondgenoten aansluit. 

Gegevensuitwisseling 

Essentieel voor de aanpak is de informatie-uitwisseling tussen de publieke en private handhavers. De gemeente en de uitzendbranche constateren dat dit tot nu toe nog onvoldoende gebeurt bij het bestrijden van malafide ondernemers en ondernemingen. 

Bij de Rotterdamse aanpak streven de partijen naar een optimale gegevensuitwisseling binnen de kaders van wet- en regelgeving op het gebied van privacy. Hierbij verwachten de samenwerkingspartners mogelijk de randen van regelgeving tegen te komen.