Roze Maandag sober en ingetogen door vliegramp

De Roze Maandag Express staat helemaal klaar voor vertrek en om één uur barst een van de grootste gayfeesten van Nederland officieel los: Roze Maandag op de Tilburgse Kermis. Dit jaar krijgt het vanwege de vliegramp in de Oekraïne wel een 'sober en ingetogen' karakter, zo liet burgemeester Noordanus maandagochtend weten.

Noordanus tekende maandagochtend als eerste het condoleanceregister voor de slachtoffers van de vliegramp. Het register ligt in het stadskantoor.

Minder extravagant
"Ik heb niet overwogen om Roze Maandag af te gelasten. Het wordt wel een andere Roze Maandag dan anders, minder extravagant en minder luidruchtig", zo liet Noordanus weten. Volgens de burgemeester heeft de organisatie van het gayfeest daar alle begrip voor.

De burgemeester zal in zijn speech tijdens de opening om één uur benadrukken dat het feest dit jaar meer ingetogen dient te zijn.

Aandacht vragen
Naud van de Wijngaart van de organisatie liet eerder maandagochtend al aan Omroep Brabant weten dat er stil zal worden gestaan bij de ramp. "We doen dat op onze eigen manier. Niet met een minuut stilte. Tijdens de opening vragen we er aandacht voor en benadrukken we dat we vandaag de vrijheid vieren met zijn allen", zo zei Van de Wijngaart.

De organisatie verwacht tussen de 200.000 en 300.000 bezoekers. "Een schatting maken is altijd moeilijk. Misschien gooit de voorspelde regen roet in het eten. Aan de andere kant heeft België vandaag een vrije dag en dat kan de bezoekersaantallen weer doen oplopen", aldus Van de Wijngaart.

Maar volgens hem gaat het niet om het aantal bezoekers. "We gaan er met de mensen die komen een mooi feest van maken. Daar draait het om."

Feesttrein
Dat feest begint met het vertrek van de Roze Maandag Express. De roze feesttrein vertrekt om halfelf in Amsterdam. Een aantal geluksvogels reist in de trein samen met Mai Tai en José Hoebee feestend naar Tilburg. Dan is er de Roze Karavaan door de stad en om één uur de officiële opening met aansluitend een optreden van Anita Meyer.

Lees het artikel verder op Omroep Brabant