Direct je persbericht verspreiden onder journalisten, social-media en zoekmachines.
Startpunt voor de verspreiding van nieuwswaardige content.
Datum: vrijdag 22 februari 2013
Bron: Actueel Nieuws
kleine schoolAfgelopen week werd het rapport van de Onderwijsraad bekend. Hierin adviseert zij de minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen een ondergrens van honderd leerlingen op basisscholen te hanteren in plaats van de huidige norm van 23 leerlingen. De PvdA Statenfractie vreest dat deze grens primair is ingegeven omwille van efficiency en financiele overwegingen, terwijl juist de kwaliteit van het onderwijs voorop dient te staan. Er bestaat spanning tussen de macht van het getal in het advies van de Onderwijsraad en de voorwaarden die in onze regio van belang zijn voor kwalitatief hoogwaardig en goed bereikbaar basisonderwijs.
De PvdA heeft daarom vragen gesteld aan het college van Gedeputeerde Staten over zijn positie hierbij. De Statenfractie roept daarbij op tot gemeenschappelijke actie richting de minister, van de drie Noordelijke provincies, de gemeenten en de schoolbesturen om maatwerk gericht op kwaliteit mogelijk te blijven maken en indien nodig, een lagere ondergrens dan honderd leerlingen mogelijk te blijven maken. Alle bestaande scholen openhouden kan niet, zeker niet omwille van de leefbaarheid in dorpen en wijken alleen, waarvoor het basisonderwijs niet primair bedoeld is.
In onze regio zijn schoolbesturen onderling en samen met de betrokken gemeenten - verantwoordelijk voor de huisvesting - al druk doende om tot samenwerking en dus schaalvergroting te komen, waarbij de bestaande ondergrens van 23 leerlingen feitelijk al is losgelaten. De minimumnorm van honderd leerlingen leidt dan tot kaalslag in het onderwijsaanbod in een kwetsbare regio en frustratie bij schoolbesturen, directies en leerkrachten die nu alles op alles zetten om kwalitatief goed onderwijs bereikbaar te houden voor alle leerlingen. Maatwerk is daartoe een voorwaarde.
In het advies van de Onderwijsraad missen we aandacht voor de specifieke problemen van en kansen voor het basisonderwijs in relatief dunbevolkte regio's als de onze. Wij wensen dat er ingezet wordt op een ambitieuze kwaliteitsagenda die niet belast moet worden door een ondergrens die schoolbesturen en gemeentes voor onoverkomelijke problemen en grote maatschappelijke weerstand plaatst, terwijl er juist met steun van de betrokken ouders gezocht moet worden naar het passende formaat van basisscholen, gericht op het duurzaam garanderen van hoge onderwijskwaliteit.
Onze gedeputeerde Marianne Besselink heeft via het Kwaliteitsakkoord basisonderwijs met de schoolbesturen voluit ingezet op goed onderwijs voor alle basisscholieren in onze provincie. Via een investering van ruim 800.000 euro draagt de provincie zo bij aan de kwaliteitsslag die door de schoolbesturen in onze regio en door het ministerie voor onze regio gewenst wordt geacht. Kwaliteit voor alle basisscholieren staat hierbij voorop, gericht op impulsen voor het basisonderwijs in de hele provincie. Dat is geen partijpolitiek belang, maar in het belang van onze (klein)kinderen.
Een zwakke school staat dan niet per se in plattelandsgebieden of in achterstandwijken, net zo gaat dat op voor sterkere scholen. Alle scholen hebben namelijk de ambitie om excellent te kunnen worden en verdienen daarbij onze steun, al wordt het onderwijsbeleid dan overwegend in Den Haagbepaald. Duidelijk is dat we onze regionale kwaliteitsagenda overeind willen houden, met de betrokken schoolbesturen en lokale overheden die gaan over de huisvesting, een forse kostenpost. Met de andere partijen in onze Staten zullen we ons dus als fractie sterk blijven maken voor de specifieke problemen en kansen voor het onderwijs in onze regio. En vragen het college van Gedeputeerde Staten om samen met de andere Noordelijke provincies de minister ervan te overtuigen dat maatwerk gericht op kwaliteit noodzakelijk is en blijft.
© Nieuwsbank